Nee zeggen, we vinden het als ouders altijd lastig. Je gunt je puber het beste, leukste, fijnste en als ze dan precies kunnen vertellen hóé je het ‘goed, beter, best’ voor ze kunt maken dan wil je daar graag in meegaan…
Is nee-zeggen echt zo lastig?
‘Nee-zeggen’ blijkt voor vrouwen nog lastiger te zijn dan voor mannen; en als dit wetenschappelijk niet bewezen is, dan is het in ieder geval de publieke en sociale (media) opinie: het is lastig om ‘nee’ te zeggen als je leidinggevende vraagt of je nog een extra uurtje kunt blijven want het is zo druk-druk-druk, het is bijna ondoenlijk om ‘nee’ te zeggen op de vraag van de voorzitter Ouderraad om zitting te nemen in het orgaan. En ja, het is natuurlijk ook best een eer, dat ze je graag binnen de gelederen willen hebben… Dan is het daarna natuurlijk ook lastig om ‘nee’ te zeggen op de onuitgesproken vraag van je ouders om elke zaterdag even de boodschappen langs te brengen…
Elk ‘ja’ is tegelijkertijd een ‘nee’
En terwijl we overal ‘ja’ op zeggen hebben we eigenlijk niet in de gaten dat we tegelijkertijd ook ‘nee’ zeggen. Een ‘ja’ tegen je leidinggevende wordt een ‘nee’ tegen je dochter waarmee je zou gaan winkelen. Je ‘ja’ tegen de voorzitter van de ouderraad is een hartgrondig ‘nee’ tegen die vriendin waarmee je elke week zou gaan zwemmen. En een ‘ja’ tegen je ouders is misschien wel een ‘nee’ tegen je schuldgevoel maar ook een ‘nee’ tegen je zoon die het leuk vindt als je langs de lijn naar zijn wedstrijd kijkt. Als je het van die kant bekijkt, is het misschien lang zo lastig niet om het eens om te keren en bij elke vraag uit te gaan wat de consequenties zijn van een ‘ja’…”Jezelf overbodig maken is natuurlijk het meest lastige dat je als opvoeder doet.”
Terug naar de pubers
‘Mamma, mag ik dat roze t shirt?’, ‘pap, het is wel goed he, dat ik zaterdag bij Meike blijf slapen?’, ‘willen jullie me even naar dat feestje brengen?’ en ‘maak jij dat geld voor het voetbalkamp even over?’.
Gewone huis-tuin-en-keuken-vragen waar je graag en vaak ook snel volmondig ‘ja’ op zegt. Maar wat gebeurt er met een puber als er bijna altijd ‘ja’ gezegd wordt? Betekent al deze positiviteit dat je je kind op laat groeien tot een blije, vrije volwassenen?
‘Nee’ horen is gezond
Het antwoord is helaas ‘nee’. Kinderen (en pubers) die weinig of geen ‘nee’ te horen hebben gekregen blijken veel minder weerbaar te zijn als er teleurstellingen op hun pad komen dan de pubers die af en toe een flinke domper hebben moeten wegslikken. Ontdekken dat jouw wereld niet vergaat als je je plannen moet aanpassen blijkt goed te zijn voor je incasseringsvermogen voor later. En eigenlijk niet eens alleen ‘voor later’ maar ook voor de kortere termijn. Als je bijvoorbeeld ‘ik hou niet meer van jou’ te horen krijgt van je eerste grote liefde of ‘helaas, we hebben genoeg afwashulpen in de keuken, we hebben je hulp de komende weken niet meer nodig’.
Ooit wel eens een teleurgestelde, boze puber gezien?
Makkelijk praten, zul je denken. Want wees nou eerlijk; een boze, teleurgestelde puber is nou niet het allerleukste om op de bank te hebben zitten. Een verongelijkt gezicht, tranen en als het een beetje tegenzit ook nog het nodige volume om je duidelijk te maken dat je écht oneerlijk, flauw, stom of nog erger: harteloos, bent.
Hoe ga je er dan mee om, je kind leren om een ‘nee’ te accepteren?
Opvoeden is eigenlijk niet heel veel meer* dan jezelf overbodig maken; je kinderen leren om op eigen benen te staan, hun eigen (wijze) besluiten te nemen en daar ook de consequenties van te dragen.
En daar ligt dus ook de mogelijkheid om je kinderen zélf te leren nadenken over een ‘ja’ of een ‘nee’; geen botte weigering en daarna de ruzie over je heen laten komen en langzaam laten uitdoven maar in gesprek gaan. Echt in gesprek. En te helpen om het over de consequenties te hebben.
‘als je nu voor het roze t shirt kiest betekent het dat je volgende maand géén nieuwe spijkerbroek kunt kopen. En daar was je voor aan het sparen. Heb je die consequentie al bedacht? En heb je daar dan een oplossing voor?’
‘Mijn dochter kiest dan onmiddellijk voor de korte termijn, dus voor het roze t shirt’, hoor ik je denken. Dat kan. Jij hebt dan twee keuzes: of je laat het gebeuren en je houdt je poot stijf bij de vraag naar de nieuwe spijkerbroek. Je kunt dan verwijzen naar dit gesprek en de opmerking maken ‘je hebt gekozen voor het shirt, weet je nog? Voor de spijkerbroek moet je nog even verder doorsparen’. Jouw dochter heeft nu de gelegenheid om te leren van de consequenties van haar keuze. De de veilige gedachte dat ze niet in haar blote billen naar school hoeft omdat ze ‘niets meer heeft om aan te trekken’.
We maken het lastiger
Simpel voorbeeld, misschien. We maken het iets lastiger: een feestje en de vraag of er alcohol gedronken mag worden (als je puber daar al toestemming voor vraagt). Of: de vraag of je puber naar een feestje mag waarvan jij eigenlijk vindt dat het ‘vragen om problemen is’. En je wilt eigenlijk ‘nee’ zeggen maar dat vind je tegelijkertijd ook zo sneu…
Zet nu eens voor jezelf op een rijtje wat de consequenties voor jouw zoon of dochter zijn als je ‘ja’ zegt. Of, met andere woorden: waar zeg je ‘nee’ tegen? Tegen gezondheid? Het niet verbreken van een belofte? Zeg je misschien ‘nee’ tegen de kans om de week daarna, tijdens de proefwerkweek, goede cijfers te halen? Of is jouw ‘ja’ ook direct een ‘nee’ tegen de teamgeest voor de voetbalwedstrijd van de volgende dag?
Hand in eigen boezem
Het zijn niet alleen onze kinderen die graag ‘ja’ horen omdat dit prettiger is, fijn is en je er blij van wordt. Wat dat betreft kunnen we alleen maar onze hand in eigen boezem steken.
Veel ‘ja’s’ van ons als ouders houden geen rekening met het ‘nee’ wat er onlosmakelijk mee verbonden is.
Tip
Heb je een volgende keer moeite met ‘nee’ zeggen op een vraag van je puber? Vraag allereerst bedenktijd, voor je met een definitief antwoord komt en zet de consequenties van een ‘ja’ voor jezelf op een rijtje.