Jij geeft mij ook altijd overal de schuld van!
Of: hoe je invloed kunt krijgen op de emotionele uitbarstingen van je puber.
‘Gék word ik van de dramatische uitbarstingen van mijn dochter! Schreeuwen, huilen en stampvoetend de kamer verlaten. En als ouders lijk je er gewoon geen vat op te hebben.’
‘Dramatisch gedoe’, dat is hoe wij als ouders de uitbarstingen van een puber nog wel eens willen beleven. Totaal onnodige, niet logische en vooral overspannen puberperikelen. Je eerste reactie is dan ook al snel ‘doe eens normaal, zeg!’ En laat die opmerking nou net olie op het vuur betekenen. Je hebt nog niet eens op je tong gebeten of je krijgt de vólgende lading verwijten en tranen al weer over je heen.
Ontkennen van een puberale uitbarsting is dus niet handig. Mocht je dat in de praktijk nog niet hebben ontdekt, dan is dit de eerste tip: ontken de emoties van je puber nooit! Hoe onlogisch en buiten alle proporties ze voor jou ook lijken, voor de puber in kwestie zijn deze emoties waar.
Zoek aansluiting
Wat je wel kunt doen? Accepteer de uitbarsting, hoe ellendig de boodschap van jouw zoon of dochter ook lijkt. Ga niet in jouw eigen emotie als je de ‘ik haat je!’-boodschap krijgt maar benoem wat je ziet: een boze puber. ‘Klopt het dat je heel erg boos bent?’ is een vraag die je verder helpt dan op je eigen strepen te gaan staan en melden ‘dat het in dit huis niet geaccepteerd wordt om zó tegen je ouders te praten!’. Niet dat je het maar OK moet vinden dat er zo tegen je gesproken wordt. Natuurlijk niet. Maar op een emotioneel moment komt deze boodschap nooit over en zal alleen maar… nóg meer olie op het vuur geven. Zoek allereest aansluiting bij de emotie: de ‘ik zie dat je boos bent’ -opmerking, of: ‘heeft deze uitbarsting te maken met je teleurstelling over die onvoldoende?’ Help je puber om woorden te geven aan de emotie.
Wat gebeurt er in zo’n puberbrein?
Op het moment dat je jouw zoon of dochter helpt om woorden te geven aan de emoties, zet je eigenlijk het (puberende) brein in aktie: je helpt om de emotionele rechterzijde contact te laten maken met de linkerzijde. De rechterkant van ons brein staat voor emoties, je gevoel laten spreken; de linkerkant is veel meer gericht op het analyseren van gebeurtenissen, overzicht en lijstjes maken. Door te helpen om woorden aan de emoties te verbinden verleid je je puber dus om uit de emotie te stappen en meer realistisch naar de situatie te kijken. Dat je dit niet met één enkele zin redt, hoef ik jou vast niet uit te leggen. Trek er gerust een kwartiertje voor uit!
Natuurlijk accepteer je ‘ik haat je!’ niet
Op het moment dat jouw dochter gestopt is met snikken, op het moment dat jouw zoon niet meer met gebalde vuisten tegenover je zit, én op het moment dat je het rustig over die onvoldoende, een ruzie met een vriendje of een andere frustratie hebt kunnen hebben, dán pas vertel jij dat het ‘ik haat je!’ voor jou een kwetsende opmerking is. Vooral omdat je er van overtuigd bent dat dit juist niet het geval is.
De kans is groot dat je op deze manier én meer begrip hebt voor je kind en snapt wat zijn of haar beweegredenen zijn én dat je deze ruzie niet laat escaleren in een ‘jij begrijpt mij nooit’ van je puber, tegenover een ‘en zo gaan wij in dit gezin niet met elkaar om!’.
Er is nog een groot pluspunt aan deze manier van met elkaar en met elkaars emoties omgaan: je helpt je puber om meer verbindingen tussen de linker- en rechterhersenhelft te leggen. Om emoties en analyse meer met elkaar samen te laten werken.
En dat is een levensles die je zo maar eventjes aan de keukentafel meegeeft!
Nog een tip: klik eens door naar de video’s waar ik meer uitleg geef over jouw invloed op de emoties van jouw puber!